Het begon met een revolutie
Hoe een helpertje van het Jeugd Rode Kruis zijn roeping vond en MUG-arts werd…
Als microben bijten
Het was kerstvakantie en de het nieuws liep over van de revolutie in Roemenië. De communistische dictatuur van Nicolau Ceausescu was net ten val gebracht en de media brachten schokkende beelden over de humanitaire ramp die onder zijn beleid was ontstaan. Ik was 15 jaar en dus te jong om al te mogen helpen in de hulpdienst van het Rode Kruis maar voor de inzameling van hulpgoederen was alle hulp welkom. Ook van een schooljongen die de wereld wou verbeteren…
Van vrachtwagens vol hulpgoederen inladen tot een eerste EHBO-cursus lijkt misschien een hele stap maar dat verandert als je weken lang met een hele ploeg Rode Kruisvrijwilligers samen werkt. Het was maar een paar maanden wachten voor ik 16 zou worden en mee als échte hulpverlener zou kunnen optreden. Dat dit mijn leven een totaal andere richting uit zou sturen verwachtte niemand. Kevin ging immers zeeman worden.
In de televisiereeks “De MUG” kon u me aan het werk zien.
Keuzestress
Het was een groots wandelevenement waar ik voor het eerst als volwaardig hulpverlener werd neergezet. Een wandelaar had het eigen kunnen wat fout ingeschat en had blaren aan de voeten. Een banale verzorging op zich, maar voor het eerst ervaarde ik de band tussen zorgverlener en patiënt. Dezelfde dag nog werd ik bij een vrouw geroepen die een zonneslag had opgelopen. Ver boven mijn kennisniveau van dat moment. De ambulanciers die ik erbij haalde toonden geen zweem van de paniek die ik voelde. Ze handelden rustig, met kennis van zaken en hadden alles perfect onder controle. Ik had geen idee maar… mijn levensloop veranderde die dag radicaal van richting.
Dank zij opleidingen en bijscholingen raakte ik steeds meer betrokken bij de paramedische hulpverlening. Stilaan begon ik te twijfelen aan mijn droom om zeeman te worden. Naar het eind van mijn middelbare schoolperiode was de keuzestress tastbaar. Zeevaartschool of geneeskunde? Volg je hart zeiden ze… maar als dat hart nu zo groot is dat het vele kamers heeft? De leraar wetenschappen bracht eindelijk een oplossing. Analytisch zoals het een wetenschapper past: “start geneeskundestudies en koop een zeilbootje. Het omgekeerde is een pak moeilijker…” De rest is geschiedenis.
Stuivenberger ben je voor het leven
Eigenlijk ben ik altijd een beetje die hulpdienst vrijwilliger gebleven. Na het afstuderen als anesthesist behaalde ik nog een bijkomende specialisatie in de intensieve zorgen en eentje in de urgentiegeneeskunde. Exact 20 jaar na mijn eerste EHBO-verzorging bij het Rode Kruis stond ik klaar als ervaren en erkend urgentiearts om de grootste medische problemen op te lossen met de MUG. De cirkel was rond.
De beslissing om in het Stuivenberg ziekenhuis te gaan werken bracht geen keuzestress mee. Er waren aanbiedingen van sjieke ziekenhuizen waar ik meer zou kunnen verdienen, maar de roep om te zorgen voor de zwaksten in nood was te sterk. Tijdens mijn assistentschap was ik bij het Rode Kruis actief gebleven en zelfs enkele keren met Dr. Beaucourt op internationale zending gegaan bij enorme rampen. Toen de vraag vanuit Stuivenberg kwam om ook als volwaardig specialist bij hen te beginnen was het antwoord al ja nog voor de vraag gesteld was.
Stuivenberg was een speciaal ziekenhuis. Als ik naar de telefooncentrale belde met mijn persoonlijke telefoon werd er steeds opgenomen met “dag schatteke”. Een etentje voor de medewerkers van het brandwondencentrum was voor iedereen, van de poetsvrouw tot het medisch diensthoofd, waar kom je dat tegen? Het knetterde er soms ook want het ziekenhuis was zoals de wijk: een ruwe bolster met een blanke pit. Wie in Stuivenberg kon aarden (en dat was niet iedereen gegeven) werd een Stuivenberger. En zo maken ze ze niet meer… nooit meer.